Een bruisende familiemusical
Pietje Bell is een innemend, maar baldadig jochie uit een arm gezin in het Rotterdam van de jaren dertig. Hij weigert zich te conformeren aan de wereld van de volwassenen en maakt keer op keer de buurt onveilig met zijn goedbedoelde kwajongensstreken, die echter steeds verkeerd uitpakken. Zo jaagt hij vrijwel de hele buurt –inclusief z’n Tante Cato en oudere zus Martha- tegen zich in het harnas. Vader Bell is echter zo verguld met dit nakomertje dat hij elke misstap van zijn zoon lachend door de vingers ziet en tegen iedereen hoog blijft opgeven over de kwaliteiten van zijn zoon. Dit tot groot ongenoegen van de verzuurde drogist Geelman, die met zijn keurige zoon Jozef alles in het werk stelt om Pietje bij menigeen zwart te maken. Als Pietje op een dag echter vals beschuldigd wordt van diefstal, slaan bij hem alle stoppen door. Samen met zijn beste vriend Sproet richt hij de bende van de Zwarte Hand op. Rotterdam houdt z’n adem in…
